De ruzie.
In een land waar spellen tot leven zijn gekomen heerst een vervelende ruzie tussen twee koninginnen.
Niemand weet waar de ruzie over gaat, maar de twee zussen willen elkaar niet meer zien.
Als Dennis op midden in de nacht wakker wordt is hij niet meer in zijn slaapkamer. Nee zijn bed staat opeens in een groot bos. De bodem van het bos is alleen niet gemaakt van aarde, maar van zwart witte tegels. Bomen groeien er tussendoor, maar ook die zijn zwart wit met hier en daar wat groen. Hij loopt over het bospad naar het licht toe, maar halverwege is er iets mis met de tegels. Sommige witte tegels zijn zwart geverfd en sommige zwarte tegels zijn wit geverfd. Ook ziet hij twee deuren die zomaar in de lucht zweven, maar toch ergens heen lijken te gaan. Uit een van de deuren komt opeens in een wit gekleed figuur. Een koningin. Ze vraagt of hij weet wie de tegels geverfd heeft. Dennis weet het niet, maar voordat hij antwoord kan geven komt uit de andere deur nog een koningin. Gekleed in het zwart. Zij is ook boos over haar tegels en beschuldigd de witte koningin. Dennis weet het niet meer, maar wil het oplossen. Een kleine pion vertelt hem over de ruzie. Dan weet Dennis het opeens. Geen van de twee koninginnen heeft de tegels geverfd, maar de kleine kat. Hij heeft met zijn pootjes door de verf gelopen en zo de tegels geverfd. Maar hij bedoelde het niet zo. Het spijt hem. Hij wil het goed maken.
De twee zussen maken het goed en Dennis mag doorlopen naar de gouden deur aan het einde van het bos. Dan wordt hij opeens weer wakker in zijn kamer.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten